kwade sappen


kwade sappen 1.0

(verouderend)

lichaamsvochten als bloed, gal en slijm die in bepaalde verhouding het temperament in negatieve zin bepalen

Algemene voorbeelden


In elk geval ben ik nooit zo dicht bij mijn mooie eigenschappen als wanneer ik verteerd word door de kwade sappen in mijn lichaam, zoals nu, de innerlijke stormen die me opjagen jagen me in de richting van een beter, sterker, onverzettelijker ik, dat pas ontwaakt als ik lelijk in de knoei zit en duizend varianten bedenk op die ene woedende verwensing.

Het nietigste, Marie Kessels,

Toch moest er meer bij, vond zijn moeder: stinkthee waarin gedroogde madeliefjes dreven en dungeslagen yoghurt met melasse-stroop. 'Voor de stoelgang,' zei zij, 'stroop temt alle kwade sappen.'

Nathan Sid, Adriaan van Dis,

Eeuwenlang is gedacht dat de 'lichaamssappen' van een mens (bloed, gal, slijm), en de verhouding daartussen, zijn temperament bepalen. Wie boosaardig is en prikkelbaar heeft kwade sappen of kwaad bloed: hij is kwaadsappig of kwaadbloedig. Ook de woorden koudbloedig, warmbloedig, cholerisch (van cholè 'gal'), melancholisch (van melas 'zwart' en cholè) en zwartgallig getuigen van deze sappen- of temperamentenleer.

http://www.woordpost.nl/archief/kwaadsappig.html